Waarden, culturele technieken en wetenschappelijke kennis hebben de millennia overleefd. Ze gaan van de oudheid via de middeleeuwen naar het heden. Maar hoe werken traditie en overdracht eigenlijk? Het Paderbornse Diocesane Museum behandelt deze vraag in zijn grote tentoonstelling "Corvey en het erfgoed van de oudheid" met meer dan 120 bruiklenen uit Europese musea, bibliotheken en archieven.
Aan de hand van voorbeelden uit de architectuur, literatuur, schilderkunst, kunstnijverheid en astronomie wordt de manier waarop we kennis overdragen geanalyseerd. Aan de ene kant leren bezoekers welk erfgoed bewaard is gebleven en aan de andere kant wat onvermijdelijk verloren is gegaan. Het uitgangspunt van de tentoonstelling is een denktank van de Middeleeuwen: het voormalige klooster Corvey, 1200 jaar geleden gesticht. Het huidige kasteelcomplex en het westwerk van de parochiekerk staan sinds een jaar of tien op de Werelderfgoedlijst van UNESCO.
Onder de kostbare voorwerpen die uit heel Europa zijn uitgeleend, bevindt zich een uniek 2300 jaar oud bronzen beeld van een vrouwelijke beer, dat Karel de Grote mogelijk uit Rome heeft meegenomen en dat nu in de kathedraal van Aken wordt bewaard. Fragmenten van de waardevolle laat-antieke sarcofaag van keizer Lodewijk de Vrome komen uit het Musée de la Cour d'Or in Metz. Hij was de zoon en opvolger van Karel de Grote en stichtte het klooster van Corvey in 822.